Menu
© Primotipo.it
Achtergrond

GP Mexico 1964: Ferrari in wit en blauw uit protest

10 reacties | 7151x gelezen
27-10-2017 04:00

EvDelft | De Grote Prijs van Mexico was in 1964 de laatste race van het wereldkampioenschap. Het bleek een spannende strijd om de titel te worden.

Bron: TheJudge13.com

Voorafgaand aan de race waren er drie coureurs die nog kans maakten op de titel. Graham Hill leidde voor Owen Racing Organisation (BRM) en had 5 punten voorsprong op John Surtees van Ferrari en 9 punten werden toegekend aan de winnaar. Echter, het was niet helemaal zeker dat Hill zo veilig was, want alleen de zes beste resultaten van het seizoen telden in de telling voor het kampioenschap mee. Hill was al punten aan het verliezen. Hij was een keer vijfde geworden, in België, en die twee punten telden al niet meer mee.

Als Hill meer punten wilde hebben dan hij had, zou hij op het podium moeten komen. Zijn volgende resultaat dat hij dan zou kwijtspelen waren de drie punten die hij verdiend had met zijn vierde plek tijdens de Grote Prijs van Nederland. Surtees had maar vijf keer punten gescoord, dus elk resultaat zou zijn puntentotaal ten goede komen. Hill moest dus ofwel winnen, of in het geval dat Surtees zou winnen, moest hij derde worden. Als Hill tweede zou worden wanneer Surtees won, zou de titel naar Surtees gaan. Er stond dus veel op het spel.

De derde coureur die nog een kans maakte op de titel, was Jim Clark voor Lotus. Hij moest de race winnen want hij stond 9 punten achter op Hill, die dan niet hoger mocht finishen dan vierde. Net als Surtees, zouden alle punten die Clark zou scoren, bij zijn totaal worden opgeteld omdat hij maar vier keer punten had gescoord. Clark had drie races gewonnen en Hill maar twee, dus het zou bij een gelijke stand betekenen dat Clark dan de titel zou binnenhalen op overwinningen. Surtees mocht dan niet hoger eindigen dan derde.

Ferrari had tijdens de Grote Prijs van Amerika de onverwachte stap genomen te gaan racen in de Amerikaanse kleuren wit met blauw. Ze weigerden te racen met de eigen rode kleur en het team was zelfs hernoemd naar 'North American Racing' in plaats van Ferrari, hoewel natuurlijk de auto's en de coureurs gelijk bleven. De reden van deze nieuwe kleurstelling was dat er een dispuut aan de gang was omdat de nieuwe Ferrari 250LM niet mee mocht racen in de GT-series. Dat hield in dat 100 auto's moesten worden aangepast om aan de criteria te voldoen. Het protest betekende dus, dat het team Ferrari officieel niet deelnam aan de Grote Prijs van Amerika, maar onder de naam North American Racing.

John Surtees werd tweede voor het team op Watkins Glen, Amerika, en omdat het dispuut nog niet afgerond was, zou het tijdens de belangrijke finalerace in Mexico ook niet in het rood verschijnen.

Jim Clark pakte de pole positie. Naast hem op de eerste rij stond de Brabham van Dan Gurney. Lorenzo Bandini was derde voor North American Racing, vóór teamgenoot John Surtees. Graham Hill kwam niet verder dan de zesde plek, achter de tweede Lotus van Mike Spence. Ondanks dat het lastig leek voor de Schot om de titel te pakken, was hij vastbesloten te winnen. Hij pakte de leiding bij de race, terwijl de andere twee titelkandidaten terugvielen. Hill had een slechte start want hij was bezig zijn racebril goed te zetten toen de vlag viel. Het elastiekje was gebroken op het slechtst mogelijke moment... Clark leidde comfortabel en breidde zijn voorsprong uit. Hill lag tiende en Surtees na de eerste ronde zelfs dertiende.

Het was voor de kansen op de titel voor Clark van belang dat de andere twee niet teveel plaatsen goed zouden maken. Maar Hill en Surtees dachten daar anders over. Het leek erop dat de racebril van Hill goed zat, en hij werkte zich een weg naar voren. In de zesde ronde lag hij al zesde en niet veel later haalde hij de Brabham van Jack Brabham in voor de vijfde plek. Daarna was Mike Spence aan de beurt en in ronde 12 was Bandini aan de beurt. Surtees deed hetzelfde en hij reed niet veel later aan de staart van zijn teamgenoot. Zoals het er nu naar uit zag, zou Hill kampioen worden met zijn derde plek.

In ronde 31 sloeg het noodlot toe. Of beter gezegd: een Ferrari sloeg toe. Bandini reed Hill van de baan bij de haarspeldbocht, toen die probeerde zijn derde plek terug te pakken. Beide auto's gingen in de rondte waardoor Surtees naar de derde plek kon doorstoten. Hill moest de pitstraat opzoeken met een kapotte uitlaatpijp. Hij zou ver terugvallen en omdat hij derde moest worden, waren zijn kansen zo goed als verkeken.

Daarna haalde Bandini Surtees weer in voor de derde plek. Echter, als Clark de race zou winnen, zou Surtees geen kampioen worden. Surtees moest in dat geval Dan Gurney voorbij voor de tweede plek. Ondertussen vergrootte Clark nog altijd zijn voorsprong en Gurney reed nog altijd op de tweede plek. Het leek erop dat Clark het onwaarschijnlijke zou doen en de titel voor zich zou opeisen.

Totdat...

Totdat de auto van Clark olie begon te lekken. Hij probeerde de auto nog naar de finish te rijden, en dat lukte hem bijna. Hij kwam één ronde te kort voor de overwinning. Gurney pakte de winst, met de coureurs van North American Racing als tweede en derde - waarbij Bandini zijn teamgenoot gauw nog voor liet gaan in de laatste ronde. Daarmee werd John Surtees met één punt voorsprong (netto, want voor het puntentotaal bruto had Hill één punt meer dan Big John) kampioen. Surtees, die al vele malen wereldkampioen was geweest op de motorfiets, was het nu ook op vier wielen, in de Formule 1. En dat in een blauwe Ferrari!


❮ Vorig bericht | Volgend bericht ❯

Reacties

;